OBW gebouw (Kleine Kerkstraat)

Kleine Kerkstraat 8 Sneek -plan route - website

Het Old Burgerweeshuis in Sneek aan de Kleine Kerkstraat is een imposant gebouw met een opvallend mooie gevel. Wat veel mensen niet weten is dat niet alleen de buitenkant prachtig is, ook het interieur is in indrukwekkende staat behouden. Sterker nog, het OBW administratiekantoor is opgenomen in de lijst met rijksmonumentale interieurs vanwege het zeer goed behouden gebleven interieur.

Nieuwe gebouwen 

In 1581 wordt het Old Burger Weeshuis (OBW) opgericht en vestigt zich in de verlaten gebouwen van het Kruizebroedersklooster. Voor het groeiende aantal wezen wordt in 1854 een nieuw gebouw neergezet naar ontwerp van architect Isaäc Warnsinck. Begin twintigste eeuw ontstaat de behoefte aan een representatief administratiegebouw, met vergaderruimte voor de voogden en voogdessen, en ruimte voor kantoor en archief. Dit gebouw verrijst naar ontwerp van architect Nicolaas Molenaar in 1904 op een onbebouwd terrein waar eerder de kloosterkapel heeft gestaan. Molenaar bouwt het in oud-Hollandse stijl met verwijzingen naar de late middeleeuwen, zoals de met pinakels bekroonde trapgevels.

Nieuwe kunst 

Het interieur verrast vanwege de in die tijd moderne vormentaal van de ‘nieuwe kunst’ in combinatie met oud-Hollandse en middeleeuwse elementen. Gestileerde bloemmotieven en planten en gebogen lijnen verwerkt in de glas-in-loodramen van de representatieve ruimtes op de begane grond zijn volgens de nieuwste mode vormgegeven. De wand- en plafondschilderingen zijn versierd met gotische ornamenten. In de gang vallen de omlijsting van de deuren en de versiering van de troggewelfjes op. Hier staat een vitrine met poppen in de wezenkostuums die de kinderen tot 1912 hebben gedragen.

In de jaren vijftig van de twintigste eeuw ondergaat het interieur een modernisering, waarbij waardevolle glas-in-loodramen en gedecoreerde plafonds worden afgedekt. Onder leiding van de lokale restauratie-architect J.D. van der Molen worden deze in 1981 weer tevoorschijn gehaald en gerestaureerd.

Vergaderkamers 

De belangrijkste ruimtes zijn de beide vergadervertrekken die met elkaar in verbinding staan: een kamer en suite. Vooraan bevindt zich de kamer van de voogdessen, en achter, gescheiden door een glas-in-loodwand met schuifdeuren, de kamer van de voogden. De plafonds zijn fraai gedecoreerd met sjabloonschilderingen en lelies. Beide vertrekken hebben een zwartmarmeren haard en eikenhouten kastdeuren en dito vergader-ameublement. Aan de wanden hangen schilderijen van Friese kunstenaars als Ids Wiersma en Bouke van der Sloot. In de kamer van de voogden staat een buffet met koperen kraantjeskannen en daarboven twee borden met de namen van de voogden.

Het gaat niet alleen om de inrichting van de bestuursvertrekken, maar ook om de kantoorinrichting met bijbehorende voorwerpen. Opvallend in alle vertrekken is het relatief grote aantal objecten waarop de letters ‘OBW’ zijn aangebracht.

Naast tastbare zaken zijn er ook gebruiken in ere gehouden. Bijvoorbeeld de jaarlijks roulerende tafelschikking van het bestuur tijdens vergaderingen en het daaraan gekoppelde rooster van aftreden.

Vier eeuwen

Het beleid van de voogden wordt bij het 400-jarig bestaan gekarakteriseerd als ‘streng, maar vol zorg’. Dat is precies wat het interieur van de bestuursvertrekken uitstraalt: streng en degelijk en tegelijk met zorg omringd en voorzien van een speelse toets.

Na de komst van de Algemene bijstandswet in 1964 wordt het OBW een instelling van weldadigheid, met als doel behartiging van algemene culturele en sociale belangen in de gemeente Sneek.

Momenteel zijn alleen de bestuurskamers en aangrenzende vertrekken nog in gebruik door de stichting OBW, de overige vertrekken worden verhuurd als kantoorruimten.

Na ruim vier eeuwen blijft het OBW een springlevende instelling, die met haar ruim honderd jaar oude administratiegebouw een opmerkelijke bijdrage heeft geleverd aan het bouwen in Nederland. Het interieurensemble in het administratiegebouw is een fraai voorbeeld van vroeg-twintigste-eeuwse bestuursvertrekken, waarbij de roerende goederen – deels opgeborgen in de diverse kasten – vol zorg worden bewaard.

(bron: OBW Sneek)